Afgelopen zomer heb ik voor het eerst groene walnotenlikeur of nocino gemaakt met noten van onze notelaar.

De bokalen waarin de noten met de alcohol en specerijen macereerden moesten dagelijks keurig geschud worden gedurende 2 maanden.

Dan moet de likeur gezeefd worden en vervolgens gedurende een viertal maanden rijpen.

Ons huis was in die periode echter tijdelijk keukenloos en kreeg er door werken dagelijks een verse lading stof bij.

Niet het beste moment om likeur te zeven leek me en daarom is de macereertijd toen opgelopen tot 3,5 maanden.

Normaal heb je tegen Kerstmis nocino om als digestief te serveren.

Maar wellicht omdat de specerijen en noten een maand langer gemacereerd hebben was mijn nocino tegen kerstmis allesbehalve voldoende gerijpt en allesbehalve lekker.

Het was veel te bitter en ongenuanceerd maar wel ideaal om te serveren aan bezoek dat je liever zag gaan dan komen.

Nu zijn we midden februari, heeft de likeur extra tijd gekregen om te rijpen en is hij eindelijk drinkklaar en lekker.

En wordt hij enkel nog geserveerd aan mensen die we graag hebben.

Bitterzoet en stevig gekruid en ideaal om zabaglione of sabayon mee te maken.

Vanaf de 13de eeuw bestonden er in heel Europa lokale versies van wijn en eierdooiermengsels zeg maar voorlopers van de zabaglione.

Recepten voor zabaglione, al dan niet opgeklopt, vind je al terug in Italiaanse kookboeken uit de 15de eeuw.

Het duurde nog wel tot de 18de eeuw eer de Fransen het als sabayon herdoopten en in hun culinair repertoire opnamen.

De eerste recepten voor hartige sabayon kwamen er pas sinds de 20ste eeuw.

Hier serveer ik de zabaglione warm met blokjes peer.

Je kan de stukjes peren ook eerst even aanbakken in wat boter maar ik vind warme zabaglione op zich al een voldoende rijk dessert.

Je kan de zabaglione ook koud serveren.

Zet dan een grote kom gevuld met koud water ijsblokjes klaar. Van zodra je de kom met de zabaglione van het vuur haalt plaats je ze in het ijsbad en blijf je kloppen tot het mengsel koud is. Je kan koude zabaglione een dag of twee goed afgedekt in de ijskast bewaren.

Als je toch kiest voor de koude verse dan zou ik de blokjes peer wel eerst even bakken.

Bij de meeste Italiaanse delicatessenwinkels wordt nocino verkocht. Indien je de zabaglione met commercieel geproduceerde groene walnotenlikeur maakt gebruik je best een eetlepel suiker minder.

Nocino Zabaglione

 

8 eidooiers

8 strak afgestreken eetlepels witte rietsuiker

160 ml nocino

Plaats een pan op het vuur met een daarin een centimeters water en breng aan de kook.

Neem een kom die past op de pan met het water.

Klop de dooiers in de kom los met de suiker en de likeur.

Plaats de kom over de pan met het water.

Het water mag de bodem van de kom niet raken.

Klop de eierdooiers tot continue tot ze luchtig en schuimend zijn.

Van zodra het mengsel 50°C bereikt heeft begint het toe te nemen in volume.

Draai het vuur uit van zodra de zabaglione verviervoudigd is in volume maar nog steeds lopend is.

Als je de pan langer op het vuur laat staan beginnen de proteïnes in de dooiers te stollen en krijg je een te stijve massa.

Serveer de zabaglione onmiddellijk.

Tagged with:
 

Leave a Reply

Your email address will not be published. Required fields are marked *

You may use these HTML tags and attributes: <a href="" title=""> <abbr title=""> <acronym title=""> <b> <blockquote cite=""> <cite> <code> <del datetime=""> <em> <i> <q cite=""> <strike> <strong>

© 2011-2024 Backstage Kitchen All Rights Reserved